NIEROP (Dirck Rembrandtsz van) - GOOS (Pieter) Chart of Europe on vellum

maps of South East Asia

NIEROP (Dirck Rembrandtsz van) - GOOS (Pieter)
Wassende graade paskaart vertonende alle de Zeekusten van Europa, de geheele middelandsche Zee, als cock ten Noordwesten, en Noordoosten soo veer als ons tot noch toe bekent is [Map of increasing degrees showing all the sea coasts of Europe, all the Mediterranean Sea, as far northwest and northeast as we know so far]. Amsterdam, Pieter Goos, [1658].
Printed on vellum, with outlines enhanced in watercolor.
Dimensions 90x72 cm, minor skinning at edges, brown stains on a vertical strip on the outer right.

P.O.R.

Dirck Rembrantsz van Nierop (1610-1682) was a 17th-century Dutch mathematician, astrologer and preacher. As a cartographer, he worked with Willem Hessels de Vlamingh and Pieter Goos.
This chart from 1658 bears his name in the lower title cartouche: "geteeckent door D. Rembrandtz. van Nierop".
Van Nierop's chart of Europe is mentioned in a report of Christaan Huygens. An article by Eric Schliesser in "Caert thresoor", 1997, N°4, covers an argument to date the creation of the map to around I658. Van Nierop's map supported an important step in a chain of arguments of Christiaan Huygens in Huygens's (1688)
Report concerning the Measurement of Longitude by my Clock on the Voyage from the Cape of Good Hope to Texel in the Year 1687 to the directors of the Dutch East India Company.

The chart corresponds in many respects to a series of two other large charts of the East Indies and West Indies, respectively, published by Pieter Goos around 1660.

Johannes van Keulen mentions the map in the reader's advertisement for his 1688 Maritime Atlas: "Neither was decreed by me, and one was issued the large Paskaert of d'Archipelag Eylanden, as well as the 4 large Paskaerten on Parkement, Pieter Goos must have used it". There is no evidence of any other map by Dirck Rembrandtz van Nierop published by Pieter Goos.

In a report by Christiaan Huygens, we find a trace of this map of Europe by Van Nierop. This article covers a rare chart drawn by Dutch mathematicians, including mathematician and almanac writer Dirck Rembrandtz de Niérop.
It is almost certain today that Huygens used Dirck Rembrandtz van Nierop's map as a basis for improving his own map of the coasts of Europe, namely: "'De Caerte, voor soo veel het bovenste deel aengaet, tot op de 27 graden NoorderBreedte is genomen uijt een Pascaert van Europa met wassende graden van D. Rembrandts. van Nierop..."

In a survey of maps printed on vellum in 2019, Schilder & Kok identify only a few examples of the present map: - One on vellum at the University Library of Amsterdam (OTM: HBKZL L.K. VI4);
- an uncolored copy printed on paper in the Bibliothèque Nationale de France (Ge DD 2987 B(181));
- one at the Library of Congress Geography and Map Division Washington (D.C. 20540-4650 USA dcu).



Caert Thresoor, 1996, number 4.
Eric Schliesser : Van Nierops paskaart van Europa in een rapport van Christiaan Huygens

In de kaartencollectie van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam (1) bevindt zich een prachtige Wassende graade Paskaart Vertoonende alle de Zeekusten van Europa. Op de kaart, die gedrukt is op perkament en met de hand ingekleurd, staat vermeld dat ze is 'geteeckent door D. Rembrandtz. van Nierop' en uitgegeven bij de boekverkoper Pieter Goos te Amsterdam. (2)

Weliswaar hadden J.A. Leerink (3) en W. Voorbeijtel Cannenburg( 4) al een halve eeuw geleden over deze kaart bericht, maar aangezien de kaart niet gemakkelijk traceerbaar was (en de artikelen van Leerink en Voorbeijtel Cannenburg mij nog onbekend waren), was het een enorme verrassing toen de conservator van de kaartencollectie, Jan Werner, de kaart na wat zoeken te voorschijn haalde.
Het is overigens niet geheel zeker in welk jaar Dirck Rembrandtz de kaart heeft getekend, maar er zijn twee goede aanwijzingen dat ze uit de periode 1657-60 stamt.
Allereerst past de kaart, zoals Jan Werner aan mij toonde, vrijwel naadloos in een serie van twee andere grote paskaarten van respectievelijk Oost-Indië (5) en WestIndië (6) die door Pieter Goos omstreeks l660 zijn uitgegeven. 

En ten tweede maken M.M. Kleerkooper en W.P.van Stockum Jr. melding van een notariële akte van 17 juli 1658, waarin het volgende staat: 'Corppareerde etc. d'eersame Gerrit van Ghoesberghen ende verklaarde also hij van eenen Dirk Rembrants [sic] van Nierop ontfanghen ofte bekoomen heeft sekere ghetekende kaart, omme deselve voor sijn comparants rekeningh en kosten te laten snijden ende in druk brenghen ofte anders dat de voorsz. Dirk Rembrantsz. vermagh de voorsz. kaart wederom te neemen, dien volghende met Pieter Goos meede compareerende die 't selve mede was verklaarende gheaccordeert ende over een ghekomen te sijn ghelijk sij luijden doen bij desen namentlijck dat hij Gherrit van Goesbergen devoorsz. tekening aan hem Ghoos is over gheevende ghelijck hij deselve ontfangen heeft met de belofte deselve soo haast in druk te sullen uitghaan, als hem doenlijk sijn sal ende dat hij Gherrit van Ghoesberghen ende sijne erven de voorsz. kaart uijtkomende sooveel exemplaren voor ieder afgesette exemplaar twee guldens. Mede verbinden zij zigh geen kaarten aan boekverkopers te verkoopen voor minder dan twee gulden, tien stuivers 't stuck in gheldt en niet minder als drie gulden in rekening. (Not. prot. Notaris C. de Ghrijp, Amsterdam.)'.(7)

Van het bestaan van eventuele andere kaarten die Dirck Rembrandtz. van Nierop bij Pieter Goos zou hebben uitgegeven is niets bekend. Het is trouwens helemaal onzeker of Dirck Rembrandtz. betrokken is geweest bij het vervaardigen van enige andere zeekaarten. Men mag er dus van uitgaan dat de kaart waarvan in dit citaat sprake is dezelfde Wassende graade Paskaart Vertoonende alle Zeekusten van Europa is.
Te meer omdat er in de data een redelijk goede overeenstemming bestaat tussen het citaat en de reeds genoemde kaartserie van Goos.

Ik wil het hier verder niet over het kartografisch belang van de kaart of de kaartenmaker (8) hebben, noch wil ik speculeren over hoe de kaart tot stand gekomen is en in welke kaartmakende traditie deze geplaatst behoort te worden. Ik weet slechts te vermelden dat Johannes van Keulen de kaart noemt in zijn 'Bekentmakingh Aen den Lezer' in zijn Zee-atlas uit 1688: 'Noch is by my gedmckt, en werde uytgegeven een groote Paskaert van d'Archipelagische Eylanden, als mede de 4 groote Paskaerten op Parkement, die voor desen Pieter Goos tot syn gebmyck gehad heeft; te weten Oostindien wassende graden, West-indien idem wasssende, als mede Europa Plaet, (9) en Europa Wassende graden, door Dirck Rembrantsz. van Nierop'.(10)

Hier wil ik vooral iets vertellen over de curieuze rol die de kaart speelde in een belangrijke episode in het werk van Christiaan Huygens. Het uit 1688 stammende rapport aan de bewindhebbers van de Vereenigde OostIndische Compagnie, Rapport aengaende de Lengdevindingh door mijne Horologien op de Reys van de Caep de B. Espérance tot Texel Anno 1687 (hierna: Rapport) van Christiaan Huygens (11) proef met twee slingeruurwerken van Huygens, om de geografische lengte op zee te vinden.
In de ogen van Huygens was de proef een succes, omdat zijn klokken op het schip 'Alcmaer' tussen de Kaap de Goede Hoop en Texel de lengtegraad schijnbaar (12) zeer goed hadden aangegeven. We gaan nu niet in op het breder, natuurkundig belang voor Huygens van het Rapport.

Het belangrijkste onderdeel van de bewijsvoering in het Rapport was een vergelijking tussen, aan de ene kant, de opgemeten lengtegraad zoals die met de (gecorrigeerde) klokken gevonden werd en, aan de andere kant, zowel de geschatte lengtegraden van de stuurlui als de onafhankelijke plaatsbepalingen (door middel van waarnemingen van eclipsen) van landpunten langs de route van de 'Alcmaer'. Huygens had hiervoor dus behoefte aan betrouwbare zeekaarten en waarnemingen.

Huygens besloot om zijn eigen kaart op te maken (14) waarop hij de koers van de 'Alcmaer' vanaf de Kaap de Goede Hoop tot Texel, zoals die door de stuurlui gegist was en ook zoals die met behulp van zijn klokken (zowel voor als na correctie) gevonden was, kon optekenen. 
Dit is niet de plaats om uit te doeken doen hoe Huygens precies zijn kaart samenstelde, hoewel hij er veel werk van gemaakt heeft. Het is bijna zeker dat hij de reeds vermelde paskaart van Dirck Rembrandtz. van Nierop gebruikte om de kusten van Europa op te tekenen: 'De Caerte, voor soo veel het bovenste deel aengaet, tot op de 27 graden NoorderBreedte is genomen uijt een Pascaert van Europa met wassende graden van D. Rembrandts. van Nierop...1. (15)

Om juist Van Nierops kaart als basis voor dit deel van zijn eigen kaart te gebruiken was een belangrijke beslissing. De plaatsbepaling van met name de eilandengroep Fulo, een van de twee landpunten langs de route van de 'Alcmaer' die vanuit het schip waargenomen werd (de ander was de zuidpunt van de Shetland Eilanden), die dus als onafhankelijke toetssteen kon dienen, was voor zijn bewijsvoering van cruciaal belang. (16)  
We zien dan ook in het Rapport dat Huygens juist de grote discrepantie tussen de gissing van de stuurlui voor de lengtegraad van Fulo en die zoals die met zijn slingeruurwerken kon worden vastgesteld - en d.m.v. de kaart van Dirck Rembrandtz. bevestigd werd -gebruikt om zijn wantrouwen tegen de betrouwbaarheid van de kaarten van de stuurlui van de 'Alcmaer', en gangbare kaarten in het algemeen, uit te spreken: 'waer uyt men kan afnemen hoe veel verschil en fauten in de Caerten tot noch toe gevonden werden, en hoe weynigh daer op te vertrouwen is...'. (17)
 
Met dit laatste had Huygens natuurlijk gelijk. En hij had met de methode van de waarnemingen van de eclipsen van Jupiter en zijn (hopelijk) betrouwbare slingeruurwerken 'een gewenscht middel om de Werelt Caerten van alle fauten te suyveren'. (18)

Desondanks, is het niet geheel duidelijk waarom Huygens juist in deze situatie aan een reeds bijna dertig jaar oude kaart de voorkeur gaf. Vast staat dat Huygens veel vertrouwen had in de betrouwbaarheid van de waarnemingen die met zijn slingeruurwerken op de 'Alcmaer' waren gedaan, en zich herhaaldelijk op belangrijke plaatsen op het succes van deze waarnemingen beriep. 
Deze betrouwbaarheid werd niet door de kaart van Dirck Rembrandtz. tegengesproken.

Dit artikel was niet tot stand gekomen zonder de aanmoediging en medewerking van de conservator van de Kaartenzaal van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam, de heer Werner, alsmede de assistentie van de heren Biemans en Laceulle van de afdeling Handschriften in de Universiteitsbibliotheek Amsterdam en de medewerkers van de bibliotheek van het Scheepvaartmuseum te Amsterdam. 
Tevens moet ik George E. Smith, met wie ik al enige jaren samenwerk om het uit 1688 stammende rapport aan de V.O.C, van Christiaan Huygens geheel uit te pluizen, vermelden. De fouten in dit essay moeten slechts aan de auteur toegeschreven worden.


  1. Kaartencollectie van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam
  2. Wassende graade Paskaart Vertoonende alle de Zeekusten van Europa De geheele Middelandsche zee, als oock ten Noordwesten, en Noordoosten soo veer als ons tot noch toe bekent is, geteeckent door D. Rembrandtz. van Nierop. tAmsterdam by Pieter Goos, op 't Water in de vergulde Zee-Spiegel. U.B. Amsterdam, Kaartenzl L.K. VI 4, uit de collectie van het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (hierna: K.N.A.G.).
  3. JA. Leerink, Een Kaart van Dirk Rz. van Nierop. In: Phoenix: Tijdschrift voor Beeldende Kunst 2/1 (maart 1947), Amsterdam, Uitgeversbedrijf De Spiegel, blz. 11-14.
  4. W. Voorbeijtel Cannenburg, Oud-Hollandse Kaartkunstenaars. In: Phoenix: Tijdschrift voor Beeldende Kunst, 2/6,7 (aug./sept. 1947), Amsterdam, Uitgeversbedrijf De Spiegel, blz. 152-154; zie ook: W. Voorbeijtel Cannenburg, A Dutch Chart that Survived the Ages. In: Imago Mundi: A Review of Early Cartography IV, edited by Leo Bagrow, Stockholm, Kartografiska Sallskapet, 1947, blz. 63.
  5. Oost Indien: Wassende-Graade Paskaart, Vertoonende nevens het Oostelyckste van Africa, meede de Zeekusten van Asia van C. de Bona Esperanca tot Eso boven Japan. tAmsterdam by Pieter Goos op het Water inde Vergulde Zeespiegel. Een exemplaar bevindt zich in de U.B. Amsterdam, Kaartenzl L.K. VI 3, K.N.A.G.
  6. West-Indische paskaert : waer in de graden der breedde over wederzijden vande middellijn wassende so vergrooten dat die geproportioneert sijn tegen hunne nevenstaende graden der lengde: vertonende behalven Europaes zuydelijcste alle de zeekusten van Africa en America, begrepen in 't octroy bij de H.H.H. Staten Generael der Vereenighde Nederl[anden], verleent aende generale West Indische Compagnie, mitsgaders die van Peru en Chili, inde Grootte Zuyd-Zee. Gedruckt tAmsterdam : by Pieter Goos op 't Water inde Vergulde Zee-Spiegel. U.B. Amsterdam, Kaartenzl L.K. VI 1, K.N.A.G.
  7. Zie: M.M. Kleerkooper en W.P. van Stockum Jr., De Boekhandel te Amsterdam vnl. in de 17e Eeuw. Den Haag, Martinus Nijhoff, 1914-1916, blz. 1275-1276. Ik kwam dit citaat op het spoor door een verwijzing hiernaar in het artikel over Pieter Goos in C. Koeman, Atlantes Neerlandici IV. Amsterdam, Theatrum Orbis Terrarum, 1970, blz. 192.
  8. Er is nog altijd geen moderne, wetenschappelijk verantwoorde, biografische en bibliografische studie over Dirck Rembrandtz van Nierop (I6l0-l682). Men is nog steeds aangewezen op het (zeer beknopte) artikel van F.E. Mulert in het Nieuw Nederlands Biografisch Woordenboek (P.C. Molhuysen & PJ.Blok, red.), dl. 5, Leiden, Sijthoff, 1921, kol. 373-374; Jan Smit heeft met zijn tweedelige Dirck Rembrantsz. van Nierop 1610-1682: Het leven en werk van een beroemd Sterrenkundige, Meester in de Wiskonst en een uitmuntend Onderwijzer voor Schippers en Stuurlieden, in 1992 in eigen beheer uitgegeven, een nuttige bijdrage geleverd. Zie ook: Rienk Vermij, Correspondence of Dirk Rembrandtszoon van Nierop (1610-1682). Zal verschijnen in HAS.
  9. Het is onbekend of er nog een exemplaar van deze kaart bestaat. Ik heb in de literatuur geen aanwijzingen gevonden dat het bestaan van zo'n 'Europa Plaet' van de hand van Goos reeds bekend was.
  10. Johannes van Keulen, De Groote Nieuwe Vermeerdere ZeeAtlas ofte Water-Werelt Vertoonende in sigh alle de ZeeKusten des Aertryks, Bestaende in seer nette Kaerten, soo platte als wassende Graden, waer van eenige van de miswijsingh verbetert zijn, 't welk oock te sien is op de Tijtel van de Kaerten, en noch vermeerdert met verscheyde Kaarten van groot besteck. tAmsterdam, by Johannes van Keulen, Boekverkooper en Graedtboogh-maker, tegen over de Nieubrug, in de gekroonde Lootsman, 1688. Ik werd op dit spoor gebracht door een aantekening van G. Lauts in zijn boekje met Aantekeeningen van Ulr. Gerh. Lauts op zijn geschrift Dirk Rembrandtsz. van Nierop dat zich in de handschriftencollectie van de Universiteitsbibliotheek Amsterdam, onder catalogusnummer IV F 26, bevindt.
  11. Zie: Christiaan Huygens, No. 2519 van Oeuvres Complètes de Christiaan Huygens, (hierna: OCCH), deel 9, Den Haag, Martinus Nijhoff, 1901, blz. 272-291. Voor een Engelse vertaling van en uitvoerig commentaar op het rapport zie Eric Schliesser & George E. Smith in A Measure in Evidence: Huygens's Determination of the strength of Gravity, (George E. Smith, red.) zal nog verschijnen.
  12. De bewijsvoering van Huygens is niet zonder complicaties. Er moeten niet alleen een aantal correcties op de met de klokken waargenomen tijd gemaakt worden, dit i.v.m. de vermindering van zwaartekracht bij de evenaar en ook i.v.m. een tijdsvereffening tussen de ware en middelbare zonnetijd, maar Huygens moet ook onafhankelijk van zijn proef tot stand gekomen lengtegraad-waarnemingen (d.m.v. bijvoorbeeld de eclipsen van de manen van Jupiter) als toetssteen gebruiken. Voor een uitvoerig relaas zie: Eric Schliesser & George E. Smith, Huygens's 1688 Report to the Directors of the Dutch East India Company on the Measurement of Longitude at Sea and the Evidence it Offered Against Universal Gravity. Zal verschijnen in Annals of Science. Zie ook: J.H. Leopold, The Longitude Timekeepers of Christiaan Huygens. In: Proceedings of the Longitude Symposium at Harvard, 1988, (in press).
  13. Zie: OCCH, dl. 16, blz. 224; OCCH, dl. 21, blz. 461-462 & blz. 475-476.
  14. Algemeen wordt aangenomen dat dit de kaart is die zich in het Huygens Archief (Hug. 45 'Kaarten') van de Universiteitsbibliotheek Leiden bevindt en is afgedrukt aan het eind van dl. 9 van de OCCH (in de oude serie) of aan het eind van dl. 18 (in de nieuwe serie). Er zijn hier echter gegronde twijfels over mogelijk, zie: Appendix: Huygens's Maps van Schliesser & Smith, Huygens's 1688 Report to the Directors of the Dutch East India Company on the Measurement of Longitude at Sea and the Evidence it Offered Against Universal Gravity.
  15. OCCH, dl. 9, blz. 285.
  16. Er bevindt zich in het Huygens Archief, in de map 'Hug. 45 aan Oost-indische', in de Dousa-afdeling in de Universiteitsbibliotheek Leiden een nog ongepubliceerde aantekening van Huygens waarop hij tot twee maal toe oefent in het optekenen van Fulo en Hitland met de bijbehorende breedte- en lengtegraad.
  17. OCCH, dl. 9, blz. 286-287.
  18. OCCH, dl. 9, blz. 274